Downloadbare pdf |
Geschikt voor groep 4
Op dit werkblad oefen je met woorden die je met een -ij- of een -ei- schrijft. Je kunt het verschil tussen -ij- en -ei- niet horen. Deze woorden moet je daarom onthouden. Maak de woorden af in de zinnen met -ij- of -ei-. Soms mag je een woord met beide schrijven. Zorg ervoor dat je bestaande woorden maakt.